Meetprocedure Stapsparring

Meetprocedure bij 3 stap sparren

Loopstand
Midden (kaunde) afweer met onderarm (palmok) = halverwege voet (half-half)
Hoog (nopunde) afweer met onderarm (palmok) = geheel naast voet (voet-voet)
Midden (kaunde) afweer met meshand (sonkal) = naast voet (teen-teen)
Hoog (nopunde) afweer met meshand (sonkal) = halverwege voet (half-half)
Opwaarts (chookyo) afweer / laag (najunde) afweer = voorbij voet (hiel-hiel)

L-stand
Willekeurige aanval en afweer = tussen de voeten in (half-half)

Bij ongelijke grootte tussen partners
Degene die in L-stand loopt, meet ook in L-stand maar aan de buitenkant voet (half-half)!

Stapmethoden

– Gelijke grootte
Loopstand buiten – binnen – buiten
L-stand binnen – buiten – binnen

– Ongelijke grootte
Langste stapt in L-stand, kortste stapt in loopstand.

Loopstand buiten – buiten – buiten
L-stand binnen – binnen – binnen

– Het doel van sambo matsogi is het vertrouwd raken met de afstand tussen de twee personen en  het correct leren toepassen van diverse afweren en (tegen) aanvallen.
– Kan zowel één richting (han chok) als twee richtingen (yang chok) op geoefend worden.
– Er wordt steeds driemaal met dezelfde techniek aangevallen en driemaal met dezelfde techniek verdedigd.
– Meten is verplicht.

Procedure

Er wordt gegroet. Daarna wordt er door de aanvaller met het rechterbeen uitgemeten.
Dit doet de aanvaller in een goede loopstand (gunnun sogi).
– De rechter voet van de aanvaller staat halverwege de buitenkant van de linker voet van de verdediger bij een midden (kaunde) aanval en een afweer met het onderarm (palmok).

– De rechter voet van de aanvaller staat aan de buitenkant geheel naast de linker voet van de verdediger bij een hoge (nopunde) aanval en een afweer met het onderarm (palmok).

– De rechter voet van de aanvaller staat over één vierde van de buitenkant van de linker voet van de verdediger bij een midden (kaunde) aanval en een meshand (sonkal) afweer.

– De rechter voet van de aanvaller staat halverwege de buitenkant van de linker voet van de verdediger bij een hoge (nopunde) aanval en een meshand (sonkal) afweer.

– De rechter voet van de aanvaller staat geheel voorbij de linker voet van de verdediger
bij een opwaarts (chookyo) of een laag (najunde) afweer. Als de aanvaller en verdediger beiden een techniek in L-stand (niunja sogi) gaan maken moet er ook in deze stand uitgemeten worden.

– De rechter voet van de aanvaller staat halverwege tussen de voeten van de verdediger.
Hierna stapt de aanvaller terug en meteen door naar een linker loopstand met een laag onderarm afweer (wen gunnun so bakat palmok najunde makgi). Tegelijkertijd stapt de verdediger met de linker voet uit naar parallel stand (narani sogi).

– Na het uitstappen zeggen respectievelijk de aanvaller en verdediger “Ya!”. Hiermee geven ze dus aan dat de één voor de ander klaar is om met de oefening te beginnen.

– N.B. als er een significant lengteverschil is tussen de aanvaller en verdediger, stapt en meet de langste altijd in L-stand (niunja sogi) en de kleinste altijd in loopstand (gunnun sogi). Dit betekend dus ook dat de meest toepasselijke meetmethode wordt gebruikt.

Procedure bij Ibo matsogi (2 stap sparren)

Meten is toegestaan, niet verplicht.

Het hoofddoel van deze manier van sparren is het aanleren van gecombineerde hand- en voettechnieken. De aanvaller gebruikt afwisselend handen en voeten. Het is vrij aan de aanvaller
of hij de hand of de voet eerst gebruikt. Net zoals bij de drie-stap-sparren zijn er twee manieren van oefenen:

1. De aanval vindt alleen naar voren plaats en de verdediging naar achteren stappend

2. Beide, zowel de aanvaller als de verdediger stappen ofwel naar voren of naar achteren.
– De afstand tussen aanvaller en verdediger is in principe hetzelfde als bij de drie-stap-sparren. Men mag echter variëren.

Kenmerkende procedure bij 2 stap sparren:

1. Op het commando van “2 stap sparren gereed” (Ibo matsogi junbi).
Aanvaller: breng de rechter voet naar achteren en vorm een rechter L-stand terwijl een beschermend afweer met de onderarm (niunja so palmok kaunde daebi makgi) wordt uitgevoerd;

Verdediger: neemt een parallelle gereedstand (narani junbi sogi) aan door de linker voet de verplaatsen.

Zowel aanvaller als verdediger schreeuwen “Ya” wanneer zij gereed zijn.

2. Op het commando “beginnen” (sijak) worden de technieken uitgevoerd

3. Op het commando “stop” (goman) halen zowel aanvaller als verdediger de voet bij in de richting
waaruit ze komen naar een parallelle gereedstand (narani junbi sogi)

Procedure bij Ilbo matsogi (één stap sparren)

In feite wordt deze vorm van sparren beschouwd als het belangrijkst, gezien het feit dat het ultieme doel van Taekwon-Do in het echte gevecht is en om te winnen met slechts een enkele gepaste slag. Trouwens wordt het niet alleen geoefend op alle niveaus maar kan ook worden gebruikt in werkelijke situaties. Het is daarom voor de student aan te raden alle technieken toe te passen inclusief de tegenaanval, de vliegende aanvallen en verdedigingen, vliegende ontwijkende aanvallen met de hand en voet onder verschillende omstandigheden. Het geheim van deze manier van sparren is om de tegenstander een volledig accurate, snelle en beslissende slag naar een vitaal deel toe te brengen. Deze moet worden uitgevoerd op het juiste moment met het juiste wapen terwijl er op een effectieve wijze wordt verdedigd tegen de aanval van de tegenstander.

Kenmerkende procedure van één-stap sparren:

Aanvaller en verdediger nemen de attentie stand aan. De afstand tussen aanvaller en verdediger kan varieren naar gelang de techniek die gebruikt gaat worden, hoewel een volledige stap lengte van stand normaal gebruikelijk is.

1. Op het commando “één stap sparren gereed” (ilbo matsogi junbi)
Aanvaller: neemt een parallelle gereedstand (narani junbi sogi) in, beweegt de rechter voet;

Verdediger: neemt een parallelle gereedstand, beweegt de linker voet.

Zowel aanvaller als verdediger schreeuwen “Ya” wanneer zij gereed zijn.

2. Op het commando “begin” (sijak)
Aanvaller en verdediger voeren respectievelijk de geschikte bewegingen van een aanval en verdediging uit.

Verdediger: voert een tegenaanval uit.

3. Op het commando “stop” (goman) keren de aanvaller en verdediger terug naar gereedstand.

Top